Het eindigde in een slachting. Na al het geweld van de
afgelopen minuten leek de stilte, in al haar hevigheid, alles luidruchtig te
overheersen. De adrenaline gierde door mijn lijf. Ik voelde me vies. Besmeurd.
Een zweetdruppel baande zich een weg via mijn voorhoofd, naar mijn rechteroog.
Ik voelde het gebeuren , maar was te wezenloos snel genoeg te reageren. Het in
basis onaangename gevoel bleek een fijne manier mijn gedachten voor heel even
te verzetten.
Om mij heen zag ik de dood. Overal waar ik keek. Of verminkingen
die te gruwelijk zijn te omschrijven. De ellende, het leed. Wat had ik gedaan? Ik
streek door mijn haar. Een wanhopig gebaar. De hand van een moordenaar. De hand
die zoveel verschrikking had veroorzaakt. Ik keek naar de dode lichamen om me
heen. Het bloed. Het zat overal. Het leek vormen te hebben. Of het gespat op de
wanden, de vloer en zelfs het plafond mij een boodschap probeerde over te
brengen; M-O-O-R-D-E-N-A-A-R.
Geduld is mooi. Je inhouden bewonderenswaardig. Maar vroeg
of laat gaat het mis. Uiteindelijk bereikt je incasseringsvermogen een
eindpunt. En blijkbaar kan het dan gebeuren dat alle remmen losgaan. Alle
opgekropte woede baant zich een weg door slechts een aantal minuten puur geweld.
Overal bloed. Overal gruwel, dood en verderf. In kijk rond in een ruimte vol
angstaanjagende ellende. Ik voel me ziek, zou willen kotsen. De afgelopen
minuten waren niet zoals ik werkelijk ben. Maar God, wat heb ik een tyfushekel
aan muggen.