zondag 27 december 2015

De Vaderlijke Heldhaftigheid..

Ik ben een held. Een echte. Daar waar het onheil nadert, ben ik. Daar waar paniek dreigt, ben ik. Daar waar alles compleet spaak lijkt te gaan lopen; ik dus. Sterker, soms ben ik overal tegelijk. Ik red. Ik doe. Ik heb het er bij tijd en wijle akelig druk mee. Ik draag geen cape en geen masker. Maar voor hetzelfde geld was dat wel het geval geweest. Het zou me niet misstaan. Mijn ranke lichaam gehesen in een strak pak in felle kleuren. Strak, om de luchtweerstand tot een minimum te beperken en snel op de plaats delict aanwezig te kunnen zijn. Dat masker als symbool voor mijn bescheidenheid. ‘Ja, ik ben een held, maar ik loop daar liever niet mee te koop.’  En die cape omdat het gewoon cool is. Zoveel mannelijkheid dat zelfs iets nichterigs als een cape daar niets aan af doet. Maar echte helden doen daar niet aan. Dat hoeven wij niet.

Ik luister. De hele dag door. Ik ben op mijn hoede. Ieder geluid anders dan verwacht is verdacht. Ik kijk. Ik let op. Mijn oren zijn gespitst. Mijn ogen zijn open. Dag en nacht. Slapen is een achterhaald idee. Slapen doe je als er niets te vrezen is. Dan kan het. Maar in de rol die ik mij heb aangemeten is vrees nooit ver weg. Ligt het op de loer achter iedere hoek. Achter elke steen. Elke doodnormale, alledaagse situatie kan er plots één zijn die tot actie moet manen. Aan mij de taak om daar dan volledig klaar voor te zijn. In de startblokken te staan. Ik heb er dus geen een, maar in feite zou mijn cape 24/7 fier wapperend symbool moeten staan voor veiligheid. Voor geborgenheid. Voor het gevoel dat je nooit iets kan overkomen. Ik ben de grote broer van iedereen die geen grote broer heeft, maar er zo nu en dan wel eentje zou kunnen gebruiken.


Ik heb er een hekel aan te pochen met mijn heldendaden. Past gewoon niet bij mijn karakter. Maar mag ik wat voorbeelden geven van de afgelopen week?  Ik heb speelgoed gevonden dat kwijt was. Net als spenen, schoenen en jassen. Ik heb  monsters verjaagd. Die in donkere hoeken zaten, juist op het moment dat de slachtoffers in kwestie wilden gaan slapen. Ik heb daarna tot in den treure ‘poesie mauw’ gezongen. Ik heb met Duplo gespeeld. Barbies en andere poppen aangekleed en terloops afgerukte ledematen terug moeten plaatsen. Sowieso heb ik dingen moeten maken die eigenlijk helemaal niet meer te maken waren. Ik heb haren geborsteld. Verveeld op de rand van het bad gehangen tot ze eindelijk uitgespeeld waren. En ik deed nog veel meer. Want ik ben een held. Een echte. En ooit, waarschijnlijk pas als ík er niet meer ben, komt er een dag dat mijn dochters dat ook inzien. En trots aan hun kinderen zullen vertellen, over die oude held van weleer.  

donderdag 17 december 2015

Geschiedenis voor Niemand..

Er zijn veel redenen te bedenken waarom deze wereld het niet gaat redden. Nou ja, de wereld zelf gelukkig wel, maar wij niet, de mensheid. Het is een kwestie van tijd en dan houdt het op. Zijn we er niet meer. En dan is er zelfs niemand meer die zou kunnen terugdenken aan de tijd dat we er wel waren. Dat laatste is wel cynisch als je daar goed over nadenkt. We vonden onszelf over het algemeen verdomd belangrijk. Maar als de mensheid geschiedenis is, dan is er geen geschiedenis over de mensheid. Althans, er is geen levend wezen op aarde wat zich ooit nog druk om ons zal maken. ‘Nou nou, ho ho, Wakend Oog, moet dat nou weer zo somber?’  Zo somber is dat helemaal niet.

Want er zijn veel redenen waarom deze wereld het niet gaat redden, maar de ergste zijn wij zelf. Niet allemaal hoor, ik ga ons nou niet over één kam scheren. Maar wat loopt er veel raar volk rond. Egoïstisch betweterig tuig. Voor wie het nooit genoeg is. Die altijd lopen te zeiken. Die altijd wel iets weten te vinden anderen teleur te stellen of te raken. Die het eigenbelang voorop stellen. En is het niet dat belang, dan toch wel het ego. Lieden die zich nooit en te nimmer zullen inleven in anderen. Verbaal de botte bijl hanteren. Zichzelf verheffen boven alles en iedereen. Pure domheid en een gevaarlijk soort zwakzinnigheid proberen om te zetten in een uiteindelijk zielige uiting van intelligentie.


Er is veel van dit soort gespuis. Kudtvolk dat overal verstand van denkt te hebben, maar uiteindelijk de wereld met lege handen achterlaat. Kijk naar de politiek. Kijk naar grote bedrijven. Tuig met dikke auto’s en kleine piemels. Het tinnef onder de mensheid. Maar dat voor een belangrijk deel ons reilen en zeilen bepaald. En dat kan niet goed gaan. Sterker, dat gaat niet goed. Heel langzaam gaan we eraan. Ten onder aan ego’s. Ten onder aan hen die nooit genoeg hebben. Ten onder aan onszelf. Want we staan erbij en kijken ernaar. Laten het ons gebeuren. We weten het allemaal, maar staan niet op. Vechten niet. In feite zijn we al gevallen. Bestaan we niet meer. En is de rest geschiedenis. Geschiedenis voor niemand. 

zaterdag 5 december 2015

Het Grote Relativeren..


Een kleine overpeinzing. Mag dat even? Ik heb vanavond met mijn twee kleine wereldwonderen het sinterklaasfeest gevierd. En het was vet cool. Want het sinterklaasfeest vieren met kleine mensjes die echt denken dat er een oude meneer is die iedereen voorziet van allerlei leuke cadeaus is prachtig. Ik kan het iedereen aanraden.  Het is goed voor je relativeringsvermogen. Het zijn helemaal niet de Grote Zaken die er toe doen. Laat je niet voor de gek houden. Of nog beter gesteld; hou jezelf niet voor de gek. Het gaat om de kleine dingen. Bijvoorbeeld het sinterklaasfeest vieren met twee mini-mensen voor wie alles nog echt is. Die zijn zoals je zelf graag nog had willen zijn. Naïef en goedgelovig. Zonder dat dit allerlei vervelende consequenties heeft.
Gisteravond al was Sinterklaas in hoogsteigen persoon langs geweest. Met maar liefst drie zwarte Pieten. Ze kwamen een geheime brief brengen. Inclusief rode zegels. Deze brief mocht vandaag niet eerder dan een vastgestelde tijd worden geopend. Anders zou de brief zichzelf vernietigen. Nou, daar wordt niemand blij van natuurlijk. In de brief stonden aanwijzingen waar vandaag de cadeaus verstopt waren. Het was de allerbelangrijkste brief ooit geschreven. Ik weet niet hoever een zesjarig meisje zou gaan een enveloppe met heuse zegels te verdedigen, maar na vandaag schat ik in dat het verdomd ver zou zijn. Een brief van Sinterklaas. Geheim en persoonlijk overhandigd bovendien. Hoe cool is dat?
En dan vandaag. Vanavond. Ha! Het openen van de brief. Nooit eerder werd post zo zorgvuldig geopend. Daarna de zoektocht naar de jute zakken met moois. De opwinding als er een zak gevonden was. Jut van Zes, in strak samenwerkingsverband met  zusje Jul van Drie. Kreten slakend. Blijdschap tonend. Gesleep met zakken en elkaar aanwijzingen gevend. Jut, de natuurlijk leider van Jul, die eigenlijk nog steeds geen idee had, maar dapper haar steentje probeerde bij te dragen. Daarna het uitpakken van de cadeaus. Maar ook het zorg dragen voor de distributie. De regie volledig in kleine handen. De opwinding. Die gezichten vol blije spanning. De blijdschap na het uitpakken van wat moois. Die blikken van tevredenheid. Van puur kindergeluk. Geloof hebben in de mooie dingen die er zijn. Want die zijn er. Altijd. Relativeringsvermogen. Mijn mooiste cadeau van vanavond.