zaterdag 20 oktober 2018

Het Onverwachte Ongenoegen..


Ze maken ruzie. Om alles. Soms de hele dag door. Ze kunnen het bijvoorbeeld niet eens worden over wie op dat moment de meeste rechten heeft, om met het speelgoed te spelen waar al maanden niet naar is omgekeken. Als de één de ander even aanraakt is dat een teken om het op een fel protesteren te zetten. Het liefst huilend. Want dan lijkt het net even meer alsof je geslagen en mishandeld bent. Zelfs verbaal geweld, omdat de één vindt dat de ander naar haar keek, is geoorloofd. Of de plek op de bank. Of de kleur van de beker waarin de Ranja wordt geschonken. Op sommige dagen telt alles. Alles om een discussie over te kunnen voeren of ruzie te kunnen maken. Want zo zijn zusjes.

Zelfs als ik er achteraan zou blijven lopen, constant alert zou zijn, hou ik het opruimen van de troep die ze maken niet bij. Zij kunnen rotzooi maken met alles wat maar voorhanden is en met ongekend beperkte middelen. Geef ze één A4-tje en een schaar en je weet niet wat je meemaakt. Kun je nagaan als je ze een tube lijm geeft. Of wat ander knutselspul van de Action. Iets met glitters bijvoorbeeld. Het is niet echt dat ik op mannen val, maar ik heb op mijn werk enkel en alleen die naam omdat alles aan mij altijd vol vrolijke glitters zit. Van mijn schoenen en kleding tot aan mijn haar en oren. Hoe ze het doen doen ze het, maar er is geen ontkomen aan.

Ze zijn nooit uitgepraat. Ikzelf heb toch echt wel momenten dat ik even niks te vertellen heb, maar dat komt hen in de verste verte niet bekend voor. Eenmaal wakker beginnen de betogen en verhalen. Ze beginnen te praten en te vertellen en dat stopt nooit. En omdat ze beiden deze drang hebben, doen ze dat ook gewoon door elkaar heen. En uiten ze hun ongenoegen als ik verkeerd op de één reageer of niet het juiste antwoord geef op de ander. En daar kunnen ze dan ook onderling weer ruzie over maken. Heel lang zelfs. Onvergefelijk en met heel veel kabaal. Om de boel een beetje recht te trekken, positieve aandacht te genereren, gaan ze dan soms knutselen. Met A4-tjes, scharen en lijm. En natuurlijk glitters. Want ze weten hoe gek ik daarop ben.

En dan op een gegeven moment zit het erop. Dan breng ik ze weer weg. Naar school of naar moeders. U weet hoe dat gaat anno 2018. Want gescheiden ouders; wie is er niet groot mee geworden? Onderweg voel ik dan een vreemd soort van opluchting. Want straks heb ik weer even  rust. Thuis lekker opruimen, glitters van het plafond vegen en eindelijk weer orde en stilte. Maar eenmaal daar word ik steevast overvallen door een akelig gevoel van leegte. De rust voelt naar en de stilte bonkt met al haar kracht en in alle hevigheid luidruchtig op de muren. Ik kijk de kamer rond en ruim niks op. Want rommel doet leven. Ik lijk in de verte ruziënde kinderstemmetjes te horen. Het klinkt als de mooiste muziek ooit gemaakt. Ik mis ze. Nog geen half uur later. En dat elke keer weer.

donderdag 11 oktober 2018

De Wederopstanding..


Gaat dus gewoon vetkudt met dat blog van mij he? Ergens eind juni mijn laatste betoog. Dat is toch niet normaal? En het is echt niet zo dat ik niks te vertellen heb hoor. Hou op en schei uit; en of ik van alles te vertellen heb. Maar het komt er gewoon niet van. Druk druk druk. Waan van de dag. Even dit en even dat en voor je het weet ben je een maand verder. En dat is zonde. Ikzelf denk namelijk best wel dat de wereld een klein beetje beter af was toen ik regelmatig van mij liet horen. Ik maakte u slimmer. Ik maakte u wijzer. En zo maakte ik van niets toch nog iets. Best prijzenswaardig, toch?

Maar sinds ik een soort van sociaal leven heb opgebouwd gaat het allemaal hard bergafwaarts. Ik vind mijzelf terug op verjaardagen, jubilea en op één op één uitnodigingen. Beetje lullen over het weer, werk en de kids. U kent het wel. Allemaal leuk en aardig maar zulks vreet tijd. Waar ik vroeger ’s avonds achter mijn pc ging zitten, de dop van mijn fles wodka losschroefde  en de wereld verraste met mijn inzichten, zit ik nu in gezelschap aan de Radler. Zo word ik toch nooit een groot schrijver?

Schrijvers horen te zuipen. Zich verre van mensen te houden. Hun eigen leven te leven. Om op die manier eenzaam en ongelukkig te sterven. Zes weken dood op bed te liggen voor iemand ze vindt. Zo krijg je de beste verhalen. Maar momenteel zit dat er dus allemaal niet in. En kom ik geen stap verder. Ik ga het dus vanaf nu anders doen. Gewoon, weer even back tot he roots. Prio’s stellen. Ongezien de tyfus allemaal, u kent het wel. Deur op slot. Underlayment voor het raam. We gaan weer even normaal doen. Drank op tafel. Winston’s binnen handbereik. Het Wakend Oog is terug. Lang leve het Wakend Oog. En na een week of zes niks meer gehoord te hebben gaarne even de politie bellen. U weet waarom.