zaterdag 2 mei 2015

De Ouderlijke Klasse..


Ik haal regelmatig mijn dochter op van school. Dat is hartstikke leuk. Niet eens alleen vanwege het blije gezicht als ze me ziet staan hoor. Of dat ze met open armen mijn kant op rent. Dat zal het op het Libelle-forum allemaal lekker doen, maar daar gaat het nu even niet om. Het gaat mij om het publiek wat op en rondom schoolpleinen op hun kroost staat te wachten. Prachtig. Wat u denkt natuurlijk dat mensen met kinderen allemaal heel correct zijn. Ze hebben tenslotte nogal een verantwoordelijkheid. Opvoeden, en zo. Dat soort dingetjes. Maar niets is minder waar. Het is gewoon hetzelfde tuig, gajes en tokkie-volk dat je overal zou kunnen treffen. Het hebben van kinderen is helemaal geen reden je anders te gaan gedragen. De fuck met je voorbeeldfunctie. Goddank. Want wat kan ik daar van genieten.
Mijn eerste glimlach is met het oog op het parkeerbeleid. Echt niet dat jij je, als luie Bold And The Beautiful-kijker, op de fiets hijst of lopend komt om je kroost op te pikken. Dat doe je met de auto. Dat je daarvoor met je verlopen wittewijnharses je auto op plekken en op manieren kwijt moet die niet bepaald een schoonheidsprijs verdienen doet niet terzake. Schuin op de stoep, op het zebrapad, het maakt allemaal niks uit. Als je maar geen tien meter extra moet lopen. Uiteraard wel zeiken als een ander zo parkeert. Want zo ben je dan ook wel weer. Want jij bent bijzonder. Uniek. En dus mag jij het wel. Aan het begin van het jaar heeft de school gevraagd niet op de stoep te staan wachten, maar op het schoolplein. En dus ga je met dat veel te grote lijf op de stoep staan. Zodat geen mens er meer langs kan. Precies waar de school al bang voor was. Maar hey, laat die gasten lekker lullen, toch? Want jij bent jij.
Nog mooier is het om te zien dat er ook op het schoolplein een soort van hiĆ«rarchie is. Je hebt hele coole ouders, vaak vrouwen -eigenlijk altijd vrouwen-  die zich superieur achten aan de rest van het kindophalend plebs. En zo staan ze daar dan ook. In groepjes. Met de armen over elkaar of met een peuk in de mondhoek gedrukt. Soms probeer ik daar even dichtbij te gaan staan. Om naar ze te kunnen luisteren. Prachtig. Die verhalen. Die grootspraak. Iedereen is minder. Op alles hebben ze kritiek en commentaar. Niets deugt. Alles weten ze beter. Alles zouden ze anders doen. En dan heb ik het nog niet eens over hoe zij zich uitlaten over de ‘mindere klasse’ van Wachtende Ouders. Grote dikke pensen, verlopen koppen, intelligentie waarvoor je een hond zou straffen. En dan evengoed een grote bek over een ander. Wat een genot daar bij te mogen zijn.
Maar dan komt het mooie nog. Om het schoolplein staat een muurtje van ongeveer 40 centimeter hoog. Dubbelsteens, dat dan weer wel. Omdat veel kroost nu eenmaal nog verstandelijk beperkter is dan hun verwekkers, zien zij vaak hun ouders niet staan. (dat zou beter gaan als die, zoals afgesproken, op het schoolplein hadden gestaan, maar dat terzijde) Zoekende, lege blikken van klein grut. En dan die zwaarlijvige moeders die over dat muurtje van 40 centimeter heen proberen te klimmen. Echt, ik zou het eens moeten filmen. Walrussen die het strand op klauteren. Uit de kluiten gewassen schilpadden. Gedrochtelijke, buitenaardse  wezens zoals je die kent uit films waar de planeet Aarde vol overgave dreigt te worden overgenomen.  Maar wel die peuk in de bek he?. Hijgend over dat muurtje heen.
Destijds zocht ik een school die goed aangeschreven stond. Best wel belangrijk, toch? En dat staat deze school. Nu heb ik ontzettend veel spijt van deze keuze. Want als het op een school, die blijkbaar de nodige kudos verdient al zo werkt, hoeveel lol had ik dan gehad op scholen die minder staan aangeschreven? Nog grotere lijven. Nog grotere arrogantie. Kruipend over muurtjes of andere obstakels heen. GTST-volk met dreigende, gewelddadige blikken. Auto’s dwars over de weg. Vechtpartijen en haartrekkerij. Ik heb het gevoel dat ik van alles mis zo. Of ik het dan niet erg vind dat kinderen dit soort ouders hebben? Op zich wel. Maar als mijn dochter naar buiten komt, en met dat blije gezicht en met open armen naar me toe rent ben ik dat allang vergeten. ‘Ik ben blij dat wij anders zijn.’ Zeg ik weleens. Dan kijkt ze me niet begrijpend aan. We lopen hand in hand naar huis en ze vertelt  over haar dag. Wat een wereld. Wat een mensen. Ik zal binnenkort toch eens een berichtje achterlaten op het Libelle-forum. Ik ben toch niet de enige die hier de lol van inziet?