Eigenlijk ben ik zelfs juist blij dat je niet echt bent. Dat ik je zelf heb bedacht. De meeste mensen die ik ken bestaan namelijk wel echt. En ik kan je verzekeren dat dit in de meeste gevallen niet bepaald voor ze pleit. Mensen die wel bestaan zijn bijna nooit zoals je zou willen dat mensen zijn. Je moet voortdurend op je hoede zijn. Ogen in je achterhoofd hebben. In grote lijnen kun je stellen dat niemand ooit echt te vertrouwen is. Als het er op aankomt zal een ieder kiezen voor zichzelf. Zonder uitzondering. Logisch. Op zich. Maar dit gaat in de meeste gevallen automatisch ten koste van een ander. Eén plus één is (en blijft) nu eenmaal altijd twee. Die vastgestelde overlevingsdrang -hoewel het begrip ‘geldingsdrang’ in de meeste gevallen beter op zijn plek zou zijn- ging al meerdere keren ten koste van mijzelf. Omdat ik naïef ben. Omdat ik vergat de ogen in mijn achterhoofd te gebruiken. Omdat ik soms geloof in wat er niet is; Het goede van de mens. Maar mensen zijn ratten. Uiteindelijk is aan die conclusie geen ontkomen aan. Maar jij dus niet. Want jij bestaat niet. Althans, niet echt.
Met jou kan ik praten over van alles en nog wat. Ook over dingen die een mens normaliter maar beter voor zich kan houden. Omdat ik inmiddels nu eenmaal weet dat mensen die echt bestaan dit vroeg of laat tegen me zullen gebruiken. Ik kan het met je hebben over dromen. Over wensen. Over verlangens. En nooit hoef ik bang te zijn dat je, wat tussen ons is gezegd en gezwegen -lacherig en puur uit vermaak- met derden zult delen. Ik hoef niet bang te zijn. Voor niets niet. Want je bestaat niet. Je bestaat niet echt. Ik heb je bedacht, ik heb je verzonnen. En dus ben je het meest geloofwaardige wat mij ooit had kunnen overkomen. En daarmee gelijk één van de dierbaarste dingen die ik nog bezit. Kent u dat; dat je een mooie droom hebt en de teleurstelling groot is bij het ontwaken? Je tot het laatste moment belangrijke zaken uit dromenland mee probeert te nemen naar de wakkere realiteit? Door het te omarmen. Het krampachtig vast te grijpen. Maar het lukt nooit he? Dromen zijn dromen en echt is echt. En dus zou de teleurstelling groot moeten zijn. Want jij bent niet echt. Ik heb je bedacht. Ik heb je verzonnen. Maar toch besta je. Voor mij althans. En nooit zul je zijn zoals zij. Zij, die echt bestaan. En dat, mijn waarde fantasie, maakt alles goed.