Ik zit nu al een kleine anderhalf uur te staren naar de knipperde
cursor in een verder leeg scherm. Ik wil graag wat vertellen, maar heb geen
idee wat. En eigenlijk is dat helemaal niet erg. Want gewoon voor mij uitstaren mag ik nu eenmaal graag doen.
Sterker; volgens mij heb ik u al eens verteld dat dit één van mijn grootste
hobby’s is. Simpelweg staren, zo lang en diep als maar mogelijk is. Verzinken
in allerlei gedachten. Mij zou je er niet mee hebben als op een kwade nacht
door onverlaten mijn flatscreen van de wand zou worden geschroefd. Ik zou het
niet eens merken waarschijnlijk. Ook niet als ik er op dat moment voor zou
zitten. Grote kans dat al die bewegende beelden mij dan allang hebben weggevoerd
naar een wereld die wel helemaal de mijne is. Een wereld vol van fantasie, maar
vooral naar een plek waar alles beter is. Waar ik mij niet meer zo druk hoef te
maken. Omdat ik daar de baas ben en ik bepaal hoe de wereld eruit ziet. Mijn
wereld. De uwe is namelijk al heel lang niet meer de moeite waard om over na te
denken. Laat staan om bij weg te dromen.
Ik zei u net dat ik graag iets wil vertellen, maar niet weet
wat. Dit is niet omdat ik niets te vertellen zou hebben, u weet wel beter, maar
het is puur en alleen omdat ik niet kan kiezen. Ik kan geen keuze maken uit de lange
reeks aan onderwerpen die ik dolgraag te berde zou willen brengen. Maar waar te
beginnen? Ik zou zo ontzettend veel met u willen delen, dat er gewoon even geen
beginnen aan lijkt te zijn. In feite zouden we nu op de bank plaats moeten
nemen. We zouden de Xenos- kussentjes moeten schikken (en eerlijk moeten verdelen)
om voor onszelf het comfort te creëren voor minimaal de komende nacht. Er zou
een fles wijn op tafel moeten staan en nog twee ergens onder het tafeltje op de
grond. Zodat we straks, als we er middenin zitten, het gesprek niet
hoeven te onderbreken omdat iemand naar de keuken moet lopen voor een nieuwe
fles. Maar zo zal het vanavond niet gaan. En dus knippert er, op een leeg
scherm, een cursor. Wachtend op de dingen die komen gaan. Dingen waarvan ik met
zekerheid kan stellen dat je daar maar beter niet meer op kan rekenen.
Die anderhalf uur zou zomaar twee uur kunnen worden. Of
drie. Of vier. Omdat waar ik straks ben, tijd niet bestaat. Ik ben gek op
staren. Ik hou ervan. Ik neem er nog net geen vakantie voor op, maar het zou zomaar
kunnen. Het is één van de grootste voordelen van alleen zijn of je dusdanig voelen.
Dat je weg kunt dromen op dat, waar jij graag op weg wilt dromen. Waar tijd
niet meer bestaat. Of iedere vorm van realiteit. Het is mooi na te kunnen
denken over dingen waar geen mens nog bij stilstaat. Maar nog mooier is het je
eigen wereld binnen te stappen. Met een grote roestige sleutel open ik, steevast
in kou en duister, een enorme houten deur. Van een kasteel denk ik. Of in elk
geval de binnenplaats van een omgeving die zwaar afgeschermd is en omringd door
hoge muren. Omdat ik mijn gedachten nu eenmaal niet zomaar aan iedereen
prijsgeef. Als ik die deur open, zie ik vrolijk licht. Het juicht mij toe. Blij
me weer te zien. En dat gevoel is wederzijds. Ik omhels daar mijn gedachten. En
samen hebben we het die avond goed. Laat de cursor maar knipperen. Ik heb
mooiere dingen te doen. Dingen waar ik nooit en te nimmer nog iemand anders bij
nodig zal hebben. Alleen ik en mijn gedachten.